Lagere patrimoniumtaks voor jeugdtoerisme

Op 28 december werd in het federaal parlement gestemd over aanpassingen in het wetboek der successierechten. Concreet werden wijzigingen doorgevoerd aan de zogeheten patrimoniumtaks voor vzw's. Het oorspronkelijke wetsontwerp voorzag een lagere taks voor vzw's met weinig bezittingen, maar andere vzw's (met een vermogen vanaf 346 000 euro) dreigden een pak meer te moeten betalen. De voorbije weken brachten we de gevolgen voor het jeugdtoerisme in kaart en gaven we, in nauw overleg met het kabinet van Vlaams minister van jeugd Dalle, onze bedenkingen door aan het federale niveau.

Uiteindelijk werd onze stem gehoord en daar zijn we heel blij mee. De nieuwe wetgeving zorgt in onze sector zelfs voor een daling van de taks en die is zeker voor de kleinere vzw's substantieel. Maar eerst wat uitleg over hoe de uitzondering voor de jeugdsector staat ingeschreven in de teksten.

Concreet geldt een aangepast tarief voor vzw's die voor minstens de helft van hun omzet genieten van de btw-vrijstelling, zoals beschreven in het btw-wetboek. Volgens dit wetboek zijn vrijgesteld van btw: "de diensten en leveringen van goederen die nauw samenhangen met (...) de bescherming van kinderen en jongeren en die worden verricht door publiekrechtelijke lichamen of door andere organisaties die door de bevoegde overheid als instellingen van sociale aard worden erkend. Bijvoorbeeld: de instellingen die in hoofdzaak het toezicht over jongelui en de zorg voor hun onderhoud, opvoeding en vrijetijdsbesteding tot doel hebben." Erkende jeugdverblijven (en jeugdwerk) voldoen aan deze definitie.

Patrimonium-vzw's genieten van het aangepast tarief op voorwaarde dat minstens 75 % van het patrimonium wordt aangewend voor bovenstaande btw-vrijgeslelde activiteiten, zoals jeugdtoerisme en jeugdwerk.

In de oude wetgeving was sprake van een patrimoniumtaks van 0,17 % op de bezittingen van de vzw. In de nieuwe wetgeving is sprake van een progressief tarief:

• Op de eerste schijf van 50 000 euro: geen belasting
• Op de schijf van 50 000 tot 250 000 euro: 0,15 %
• Op de schijf van 250 000 tot 500 000 euro: 0,30 %
• Boven 500 000 euro: 0,45 %

MAAR heel belangrijk: jeugdverblijven, uitgebaat door vzw's die voor minstens de helft van hun omzet vrijgesteld zijn van btw, worden belast op slechts 37,7 % van hun bezittingen. Dit zorgt er voor dat er in de feiten geen belasting betaald wordt voor vermogens tot 132 626 euro (immers: als je hiervan 37,7 % neemt, blijft 50 000 euro over). Deze jeugdverblijven dienen volgens de nieuwe wetgeving ook geen aangifte meer te doen.

Heel wat jeugdverblijven met eigen patrimonium zullen wel aangifte moeten blijven doen, maar zullen minder belast worden. Hieronder een simulatie voor een aantal vermogens, met telkens de taks in de oude en nieuwe wetgeving.

De aangifte moet nog steeds jaarlijks gebeuren tegen 31 maart. Modaliteiten hierover volgen van zodra meer duidelijkheid.

En belangrijk: bezorg deze informatie ook aan je boekhouder. De gedeeltelijke vrijstelling voor jeugd zal niet automatisch worden toegepast en je moet de correctie dus zelf invoeren.