Tentengrond

Het logiesdecreet

Toerisme Vlaanderen wil dat wat aangeboden wordt op de toeristische markt kwaliteitsvol is. Wie logies aanbiedt op de toeristische markt moet daarom voldoen aan de voorwaarden uit het logiesdecreet.

Hierop gelden enkele vrijstellingen - opgesomd onder artikel 3 - die voor de jeugdsector van belang zijn. Eén van de vrijstellingen betreft de "terreinen waarop gedurende maximaal 75 kalenderdagen per jaar wordt gekampeerd in het kader van een evenement of door georganiseerde groepen kampeerders die onder toezicht van een of meer begeleiders staan".

Het voorzien van speciale faciliteiten zoals water, elektriciteit of een sanitair blok is niet verplicht. Een kampeerterrein is dan ook geen camping. Hierdoor moeten bijvoorbeeld landbouwers die een weide tijdelijk ter beschikking stellen voor een tentenkamp, niet voldoen aan toeristische minimumnormen.

De eigenaar of exploitant moet de burgemeester van de gemeente waar het terrein ligt vooraf wel schriftelijk op de hoogte brengen. Dit kan afzonderlijk gebeuren (per verblijf) of met een eenmalig schrijven (voor een langere periode).

Sinds 2023 laat het logiesdecreet wel toe om een tentengrond horend bij een erkend jeugdverblijf te laten erkennen. Dat is geen verplichting, maar kan wel nuttig zijn in functie van een hogere werkingssubsidie via Departement Cultuur, Jeugd en Media. Op dit schema ontdek je wat wanneer aangeraden is voor je tentengrond.

Het decreet op de ruimtelijke ordening 

Zolang de bestemming van het terrein niet in het gedrang komt, kan kamperen beschouwd worden als recreatief medegebruik. Dit wil zeggen dat kamperen in alle bestemmingszones, dus ook in agrarisch gebied en bos- en natuurgebied, in principe toegelaten kan worden. 

De wetgever voorziet dus de mogelijkheid om gronden dubbel te gebruiken, maar dan voor een beperkte periode. Een weide in bijvoorbeeld landbouwzone kan dus tijdens de zomermaanden gebruikt worden op voorwaarde dat er geen constructies, verhardingen of terreiningrepen worden aangebracht die normaal landbouwgebruik in de overige maanden belemmert.

Als eigenaar moet je geen omgevingsvergunning aanvragen aan het gemeentebestuur als je het terrein gedurende maximaal vier periodes van 30 dagen ter beschikking stelt voor een tentenkamp. Op voorwaarde dat het niet gaat over ruimtelijk kwetsbaar gebied, met uitzondering van parkgebied. 

In kwetsbare gebieden kan in bepaalde gevallen ook gekampeerd worden. Het opzetten van een kampeerplek voor jeugd kan immers beschouwd worden als “het aanbrengen van kleinschalige infrastructuur, gericht op het toegankelijk maken van het gebied voor recreatief medegebruik”. Informeer hiervoor bij de gemeente.

Terug naar Terrein